zaterdag, november 26, 2011
De schaapjes zijn nu aan de beurt. Ze worden gebreid volgens onderstaande werktekening. Je hebt dus 3 maten. Het is leuk om alle matente breien zodat je een hele kudde krijgt, met lammetjes en volwassen schapen.
Brei op kleinere naalden dan aangegeven staat op de wikkel, zodat het breiwerk mooi dicht wordt. Je kunt ze gewoon recht breien, zodat het ribbeltjes worden. Ook kan je de pootjes en de kop in tricot steek breien zodat dit wat gladder wordt.
Breiend de kop dichtmaken op het eind.

Even opletten dat je dit bij de tricot kop wel op de achterkant van het werk doet.
Punt x nu aan punt a vastmaken. Hierdoor krijg je puntjes die als oor dienen. Naai de uiterste puntjes een beetje vast, zodat dezen plat blijven als je het kopje gaat vullen.
Hier zie je het schaapje wat ik helemaal in ribbel gemaakt heb. De pootjes zijn al gevuld met een pijpenrager, zoals hieronder valt te zien. Wikkel de pijpenragers niet om met vulling, want dan worden de pootjes te dik.
Deel 4: Neerzetten
Morgen is het de eerste Adventzondag. De opbouw naar de Kerst gaat beginnen. Vanavond is een mooi moment om het tafereel waar het zich allemaal op af gaat spelen neer te zetten.
Ik drapeer de blauwe lappen op de boekenplank.
Je kunt heel basic de lappen ophangen en neerleggen. Door met de plooien te spelen kun je er een aanzet van een stal mee oproepen. Vooral bij de figuren die we maken is dat erg mooi.
Voor de houten figuren, die we al sinds de geboorte van onze oudste gebruiken voor de Kerst, heb ik ooit van kippegaas een holvorm gemaakt en deze bekleed met dezelfde stof als de ondergrond. Ook eenvoudig, maar net iets meer een stalletje idee.
Op eerste Adventszondag komen de mineralen/stenen in het tafereel te liggen. Hier is duidelijk de opbouw naar Kerst in terug te vinden, want elke Adventszondag komt er een element bij.
Je kunt heel basic de lappen ophangen en neerleggen. Door met de plooien te spelen kun je er een aanzet van een stal mee oproepen. Vooral bij de figuren die we maken is dat erg mooi.
Voor de houten figuren, die we al sinds de geboorte van onze oudste gebruiken voor de Kerst, heb ik ooit van kippegaas een holvorm gemaakt en deze bekleed met dezelfde stof als de ondergrond. Ook eenvoudig, maar net iets meer een stalletje idee.
En helemaal aan de andere kant van de kamer, beginnen Jozef, Maria en het ezeltje aan hun lange tocht naar Bethlehem. Vergezel ze van een kaarsje die je 's avonds gezellig aandoet. (pas op brandgevaar!). Je kunt om een aantal dagen de figuurtjes wat verder op weg helpen zodat ze na mate de tijd vordert, steeds dichter bij de stal komen.
woensdag, november 23, 2011
Ontrafel
zaterdag, november 19, 2011
Deel 3: Jozef
Allereerst wordt deze week Jozef gebreid. Dit gaat op dezelfde manier als dat Maria gemaakt is. Alleen nu wordt de jurk in een bruine tint gebreid.
Verder krijgt Jozef haar en een baard. Dit kun je maken van breigaren in de kleur die je wilt voor haar. Maar je kunt het ook maken met schapewol of sprookjeswol. Modeleer het garen of de wol op het hoofdje en zet het met kleine steekjes naaigaren (in de kleur van het haar) vast in het hoofdje. Door met kleine steekjes te werken valt het niet zo op en lijkt het natuurlijk. Als het goed vast zit kun je het kapsel nog in model knippen. Maak het baardje op een manier die jij mooi vindt. Het kan een klein sikje worden maar ook een grote baard. Pas wel op dat niet het hele gezichtje bedekt wordt.
Jozef kan een mantel aan krijgen voor de lange tocht. Zelf heb ik daarvoor een lapje gebreid. Door steeds even op het poppetje te passen kun je zelf kijken hoe het uitvalt. Bij de hals kan een gaatjesrij gebreid worden waar later een koordje doorheen geregen kan worden. Als je het leuk vindt kan er zelfs een capuchon op gebreid worden. Laat je fantasie maar stromen en je komt tot de leukste invallen. Ook van stof kun je een mantel maken.
Het tweede gedeelte van deze blogpost gaat over waar je de seizoentafel neer wilt gaan zetten. Want zondag 27 november is het eerste adventsdag en dan beginnen we aan het opbouwen van de Kerstgroep.
Zelf heb ik een seizoenstafel op een plank van de boekenkast.
Maar je kunt het ook in een hoekje van de vensterbank doen.
Of op een tafeltje wat tegen de wand aanstaat. Het is namelijk mooi als je een gladde ondergrond hebt en een achterwand waarop een kleed bevestigd kan worden.
Komende week mag je op zoek naar geschikte kleden. De afmetingen hangen af van hoe groot je de groep wilt hebben en waar je het plaatst.
Zelf vindt ik het prettig werken met binnenvoeringstof voor de achtergrond, de lucht als het ware, en dunne katoen voor de ondergrond. Mooie donkerblauwen zijn het mooiste, zoals je bovenaan kunt zien. Met lapjes van 50 cm bij 140 cm (de lengte van een rol stof) kom je een heel eind. Het allermooist is om te werken met zijde, maar dat is wel duur.
Ook mag je deze week op zoek gaan naar een aantal stenen die we op de eerste adventszondag gaan gebruiken om de eerste contouren van de groep neer te zetten.
Het stalletje maak ik door de stof zo te plooien dat er een soort grotvorm ontstaat wat als stal doorgaat. Ik hou van zeer eenvoudig zodat de figuurtjes mooi uitkomen. Vind je dit te eenvoudig, dan kun je bijvoorbeeld van een leeg doosje een stalletje maken, door deze te beplakken met blauwe stof of er een 'echt' stalletje van te maken, met wat hout en stro. Denk daarbij wel om de verhoudingen ten opzichte van de figuurtjes.
Succes met het maken van Jozef en het bedenken waar je de groep neer wilt zetten voor de tijd tot na oud en nieuw.
Zelf heb ik een seizoenstafel op een plank van de boekenkast.
Komende week mag je op zoek naar geschikte kleden. De afmetingen hangen af van hoe groot je de groep wilt hebben en waar je het plaatst.
Zelf vindt ik het prettig werken met binnenvoeringstof voor de achtergrond, de lucht als het ware, en dunne katoen voor de ondergrond. Mooie donkerblauwen zijn het mooiste, zoals je bovenaan kunt zien. Met lapjes van 50 cm bij 140 cm (de lengte van een rol stof) kom je een heel eind. Het allermooist is om te werken met zijde, maar dat is wel duur.
Ook mag je deze week op zoek gaan naar een aantal stenen die we op de eerste adventszondag gaan gebruiken om de eerste contouren van de groep neer te zetten.
Het stalletje maak ik door de stof zo te plooien dat er een soort grotvorm ontstaat wat als stal doorgaat. Ik hou van zeer eenvoudig zodat de figuurtjes mooi uitkomen. Vind je dit te eenvoudig, dan kun je bijvoorbeeld van een leeg doosje een stalletje maken, door deze te beplakken met blauwe stof of er een 'echt' stalletje van te maken, met wat hout en stro. Denk daarbij wel om de verhoudingen ten opzichte van de figuurtjes.
Succes met het maken van Jozef en het bedenken waar je de groep neer wilt zetten voor de tijd tot na oud en nieuw.
vrijdag, november 18, 2011
zaterdag, november 12, 2011
Deel 2: Het ezeltje
Ze wordt van sokkengaren gemaakt. Ik heb Delight grijs van Drops gebruikt omdat dit zo mooi verloopt in grijzen. Omdat het ezeltje in ribbel (alle pennen recht breien) gebreid wordt, heb ik kleinere naalden, namelijk naalden 2 gebruikt. Dit omdat ribbels wat los van structuur zijn en het mooier is als de ribbel vrij dicht wordt.
Zet 40 steken op en brei 12 naalden recht (is 6 ribbels).
Volgende pen 11 steken afkanten en de rest van de steken breien.
Dit worden de achterpoten.
Nu wordt het lijfje gebreid. De meerderdingen en minderingen lijken wat lastig, maar zijn er voor dat er wat meer model in het ezeltje komt.
Vouw je breiwerk samen en kant af met een derde naald door met de derde naald door elke eerste steek van de naalden te gaan, dezen samen te breien en zo de steken die op de rechter naald steeds af te kanten. Dit scheelt weer bij het in elkaar naaien van de kop.
En daar ligt het ezeltje al. Nu alleen nog vullen.
Vouw de uiteinden van de pijpenragers zodat ze even lang zijn als de poten.
Omwikkel de pijpenragers een beetje met vulsel. Maak daarna de naad van de kop verder dicht tot aan de voorpoten.
Leg de omwikkelde pijpenrager zoals op de foto neer en naai de naden van de pootjes vast.
Nld 1: brei de 18 steken (vanaf nu aangegeven met r).
Nld 2: brei 18r.
Nld 3 :brei 2r, brei uit de volgende steek 2 steken, dit is een meerdering en zal vanaf nu als 1/2 geschreven worden, 3r, 1/2, 4r, 1/2, 3r, 1/2, 2r
Nld 4: brei 22r
Nld 5 : brei 2r, 1/2, 4r, 1/2, 6r, 1/2, 4r, 1/2, 2r
Nld 6: brei 26r
Nld 7: brei 2r, 1/2, 7r, K2tog (brei 2 steken samen), 2r, K2tog, 7r, 1/2, 2r.
Nld 8: brei 26r
Nld 8: brei 26r
Nld 9: brei 2r, 1/2, 7r, K2tog, 2r, K2tog, 7r, 1/2, 2r.
Nld10: brei 26r
Nld 11:brei 2r, K2tog, 6r, K2tog, 2r, K2tog, 6r, K2tog, 2r
Nld 12: brei 22 r
Nld 13:brei 2r, K2tog, 14r, K2tog, 2r
Nld 14:brei 20 r
Brei een naald en meerder op het eind 11 steken.
Draai het werk, brei de naald en meerder aan het eind 11 steken.
Nu is het even opletten want tijdens het breien van de voorpootjes wordt er ook voor de nek gemeerderd.
Nld 1: Brei 19r, 1/2, 2r, 1/2, 19r
Nld 2: Brei 44r
Nld 3: Brei 20 r 1/2, 2r, 1/2, 20r
Nld 4: Brei 46r
Nld 5: Brei 21r, 1/2, 2r, 1/2, 21r
Nld 6: brei 48r
Nld 7: Brei 22r, 1/2, 2r, 1/2, 2r
Nld 8: Brei 50 r
Nld 9 : Brei 23r, 1/2, 2r, 1/2, 23r
Nld 10 brei 52r
Nld 11 brei 24r, 1/2, 2r, 1/2, 24r
Nld 12 brei 54r
In het breisel zie je de nek nu al wat omhoog komen.
Kant aan de andere kant ook 16 steken af en brei de pen uit.
Je hebt nu de voorpoten klaar en begint aan de hals en de kop.
Nld1: Minder 2 steken en brei pen uit.
Nld 2: Minder 2 steken en brei pen uit.
Nld3: K2tog en brei pen uit.
Nld 4: K2tog en brei pen uit.
Nld 5: Brei pen uit en meerder 3 steken op het eind
Nld 6: Brei pen uit en meerder 3 steken op het eind.
Nld7:Brei pen uit en meerder 2 steken op eind
Nld 8; Brei pen uit en meerder 2 steken op eind.
Brei nog 4 pennen gewoon recht
Nld 13: K2tog, brei pen uit.
Nld 14: K2tog brei pen uit.
Brei naald 15 tot de helft.
Brei naald 15 tot de helft.
Leg de omwikkelde pijpenrager zoals op de foto neer en naai de naden van de pootjes vast.
Vul het kopje en de nek.
Doe nu hetzelfde met de achterpoten. Denk er om dat je niet te ver gaat bij de buik. Sluit het kontje. Naai nu de buik dicht en vul steeds een beetje. Hou een laatste gaatje open, vul nog even mooi in model en naai dit ook dicht.
Brei de oren. Zet 5 steken op. brei 14 naalden = 7 ribbels. Brei nu elke naald de 2de en 3de steek samen. op het eind de 3 steken samen breien.
Steek van de ene zijkant naar de andere en laat een lus hangen. Steek de naald nog een keer terug en laat hem aan de andere kant uitkomen. dan laat je daar weer een lus hangen. etc.

Daarna komen de oren aan de kop.
Als je het mooi vindt kun je ezel oogjes geven, maar zonder is het ook mooi. Staartje maak je door een aantal draden door het kontje te steken, dezen te vlechten en dan af te knopen.
Het ezeltje is klaar en mag wachten tot het tijd is om op weg te gaan.
Om het nog meer te verfraaien kun je misschien nog een mooi leidsel maken of een doekje voor over de rug. Of wat er verder in je op komt.
Veel maakplezier.
vrijdag, november 11, 2011
zaterdag, november 05, 2011
Deel 1: Maria
Het maken van de hoofdjes van de figuren gebeurd op de manier zoals de zonnekinderen (antroposofische poppen) gemaakt worden. Een goede uitleg staat in dit boekje. Hieronder vertel ik hoe ik het doe.
Vouw de pijpenrager aan beide kanten wat om, zodat het armstuk 11 cm meet. Knip op gevoel twee rechthoekige lapjes van de poppentricot. Maak hier handjes van, door ze dubbel te vouwen, de zijnaadjes dicht te naaien, om te keren en om de uiteinden te schuiven. Ook dit is even een gepriegel. Je kunt ook de lapjes al om de uiteinden leggen en dan daar de handjes naaien, door met de punt van de naald de zoompjes naar binnen te vouwen en dan dicht te naaien.
Wikkel de rest van het pijpenragertje om met wol of fiberfil. Bij de handjes dus niet en zorg dat naar het midden toe het iets dikker wordt.
Zorg dat je het hoofdje goed recht houdt. Dus de middenachternaad naar achteren. Knip de zijkanten van de onderkant van de stof die onder het halsje zit een eindje in. Voorzichtig want je moet de halsdraad niet doorknippen!
Leg het armstuk zo hoog mogelijk tegen het hoofdje aan met aan de voor en achterkant de stof. Het armstuk komt er dus tussen. Zet het vast. Zorg er goed voor dat het hoofdje mooi in het midden zit.
De jurk breien: Zet 26 steken op met sokkenwol en pen 2,5 of wat bij jou het mooiste uit komt. Brei 6 pennen tricot. Voor de mooi kun je de eerste 2 en laatste 2 steken altijd recht breien als een soort boordje.
In de volgende naald kant je de middelste 2 steken af. Dit wordt de hals. Als je nekje wat dik is, kun je ook de middelste 3 steken afkanten. Brei de pen uit. In de pen terug worden de afgekante steken weer opgezet en daartussen wordt het hoofdje geplaatst. Brei daarna de pen uit.
Brei nog 6 pennen. Kant daarna af. Naai de mouwnaden dicht zover dat er nog ruimte is om de onderjurk aan te maken. Zet eventueel bij de handjes ook even vast.
Je kunt ook in de laatste 2 naalden aan weerskanten 8 steken afkanten en de laatste 10 steken in het midden op de naald laten staan. Ook nu moet je eerst de mouwen vast naaien.

Neem nu steken op voor de rok. Dit gaat het handigst door de steken te verdelen over 3 pennen of een rondbreinaald. Hoeveel je op wilt nemen hangt af van wat je mooi vindt. Wil je een wat slankere popjes, dan kan 2 keer 10 steken (voor en achterkant) genoeg zijn. Je kunt ook iets meer opnemen. Brei de onderjurk rond zodat je geen naden hebt.
De lengte van de rok kun je zelf bepalen door te bekijken wat jij een mooie verhouding vindt. De een vindt een iets gedrongen popje mooi, de ander houdt meer van maten die de werkelijkheid wat meer nastreven. Kant de rok af. Je kunt de boord ook weer een extra accent geven door net even een andere breisteek te gebruiken.
Vul het jurkje. Begin het boventstuk wat extra volume te geven door er voldoende opvulsel in te drukken. Daarna de jurk. Wederom, kijk wat jij mooi vindt. Het moet wel stevig genoeg zijn zodat het popje kan staan.
Als je daar klaar mee bent haak je een rondje voor de bodem. Haak een ketting van 4 steken en sluit deze. Haak hierin 12 vasten. Haak in de volgende toer in elke vaste 2 vasten. Volgende toer *een vaste in een vaste, twee vasten in de volgende vaste, vanaf * herhalen. Haak net zo lang tot je bodem mooi past onder de rok. Naai de cirkel onder de rok en controleer of het popje stevig staat.
Nu komt het verfraaien van Marie. Je kunt de oogjes extra aanzetten door voorzichtig met een naald en draad van achteren naar voren te steken en daarna weer terug op de plek waar de oogjes moeten. Je kunt er ook voor kiezen om alleen met een kleurpotloodje de oogjes aan te geven. Maria hoefd geen haar maar mag wel. Ze draagt een cape. Deze is het mooist van een soepel vallend stofje. Je kunt zelf iets draperen, maar onderstaande patroontje geeft ook een mooi effect.
Als je dit gebruik, rijg dan eerst de draad door de stof en drapeer het daarna over het popje. De draad komt in de nek te liggen. Zet daarna eerst boven vast op het hoofd en vouw vervolens de zijkanten mooi langs de oren naar de hals.
Modeleer Maria zodat ze mooi staat. Met haar armpjes al zo dat ze straks baby Jezus vast kan houden. De cape valt naar onderen. je kunt er een zoompje in maken maar ook de onderkant vast zetten aan de onderkant van de jurk.
Vul het jurkje. Begin het boventstuk wat extra volume te geven door er voldoende opvulsel in te drukken. Daarna de jurk. Wederom, kijk wat jij mooi vindt. Het moet wel stevig genoeg zijn zodat het popje kan staan.
Nu komt het verfraaien van Marie. Je kunt de oogjes extra aanzetten door voorzichtig met een naald en draad van achteren naar voren te steken en daarna weer terug op de plek waar de oogjes moeten. Je kunt er ook voor kiezen om alleen met een kleurpotloodje de oogjes aan te geven. Maria hoefd geen haar maar mag wel. Ze draagt een cape. Deze is het mooist van een soepel vallend stofje. Je kunt zelf iets draperen, maar onderstaande patroontje geeft ook een mooi effect.
Doe het vooral op een manier die jij mooi vindt!
Het zou erg leuk zijn als je een foto plaatst op Ravelry als je Maria klaar hebt.